Komkommer
Cucurbitaceae


De komkommer behoort tot de komkommerfamilie of Cucurbitaceae en tot de soort Cucumis sativus. We onderscheiden vijf types: veldkomkommers, met stekelige haartjes op de schil, serrekomkommers met een heel gladde schil, sikkimkomkommers met een rood-oranje schil, augurken, die in feite kleine ingelegde komkommers zijn, en ten slotte ronde komkommers.

Bestuiving

De komkommer is een eenhuizige plant met eenslachtige bloemen. Dat wil zeggen dat elke plant zowel mannelijke als vrouwelijke bloemen draagt. Vrouwelijke bloemen kan je herkennen aan het vruchtbeginsel onderaan de bloem. Dat is een mini-komkommer die zich na de bestuiving zal ontwikkelen. Mannelijke bloemen verschijnen voor de vrouwelijke en groeien aan lange bloemstelen.
De bloemen bloeien slechts één dag. Ze kunnen zelfbevruchtend zijn als een vrouwelijke bloem wordt bestoven door stuifmeel van een mannelijke bloem van dezelfde plant. Toch zijn komkommers vooral kruisbestuivers en het zijn insecten, vooral bijen, die de bloemen bestuiven.
Alle rassen van de soort Cucumis sativus kunnen onderling kruisen. Ze kruisen niet met meloenen, watermeloenen of pompoenen.
Om kruisingen te vermijden telen we twee komkommerrassen op een afstand van 1 km van elkaar. 500 meter volstaat als er zich tussenbeide een natuurlijke barrière bevindt, zoals een haag.
Er bestaan ook methodes om in één tuin zaad te telen van verschillende rassen.
Zo kan je een ras helemaal afschermen met behulp van insectengaas en daaronder een hommelnest plaatsen voor de bestuiving.
Een andere methode bestaat erin twee rassen om de beurt gedurende één dag af te schermen. Zo kunnen wilde insecten beide rassen afwisselend bestuiven. Door deze techniek worden sommige bloemen echter niet bestoven, waardoor de opbrengst lager zal liggen.
Ten slotte kan je de bloemen ook met de hand bestuiven. Dat is bij komkommers moeilijker dan bij courgettes of pompoenen omdat de bloemen veel kleiner zijn.
Meer uitleg over deze drie methodes vind je in de modules over isoleertechnieken en handbestuiving in het ABC van de zadenteelt.

Teeltcyclus

De teelt van komkommers voor zaad verloopt op dezelfde manier als die van komkommers die voor consumptie bestemd zijn.
Selecteer minstens 6 zaaddragers om voldoende genetische diversiteit te garanderen. Een dozijn of meer is nog beter.
Besteed voldoende aandacht aan de keuze van zaaddragers die overeenstemmen met de kenmerken van het ras: selecteer de sterkste planten, met goed ontwikkelde vruchten. Verwijder zieke planten.
Komkommers worden doorgaans onrijp geoogst en gegeten. Om kiemkrachtig zaad te vormen, moeten de vruchten echter verder rijpen tot ze helemaal volgroeid zijn. Ze zijn dan vaak iets groter en hun schil verkleurt en wordt harder.
Je kan ze ook oogsten kort vóór ze rijp zijn. Bewaar de vruchten daarna op kamertemperatuur tot ze volledig rijp zijn. Dit komt de kwaliteit van het zaad ten goede.

Zaad oogsten, schonen en bewaren

Om het zaad te oogsten snijden we de rijpe komkommer in de lengte open en lepelen de pulp met de zaden in een glazen pot. Laat daarna enkele dagen fermenteren.
De zaden zijn gehuld in een slijmlaagje dat hen belet te ontkiemen. Door het fermentatieproces zal dit laagje oplossen. Raadpleeg voor meer details de module over zaadschoningstechnieken in het ABC van de zadenteelt.
Spoel het zaad nu schoon in een zeef onder stromend water. Doe het in een kom water om lege, steriele zaden te verwijderen. Volle, vruchtbare zaden zinken naar de bodem, maar leeg zaad blijft bovendrijven, zodat je het makkelijk kan wegzeven. Spoel daarna het vruchtbare zaad en laat het drogen op een goed verluchte plek in de schaduw.
Wrijf nu over het droge zaad zodat de aan elkaar klevende zaden los komen. Om te testen of het helemaal droog is kan je proberen er ééntje dubbel te vouwen. Als het breekt is het droog.
Steek bij het zaad in het zakje ook een etiket met daarop het productiejaar, en de namen van soort en ras. Opschriften op het zakje worden soms weggewist. Enkele dagen in de diepvriezer rekenen af met eventuele parasieten.
Komkommerzaad blijft 6 jaar kiemkrachtig, soms meer. Je kan dit nog verlengen door het in de diepvriezer te bewaren. 1 gram telt 30 tot 40 zaden.

We use cookies to store your preferences of navigation on the website. We don't use any trackers or advertisers.

Close